Ik zat van 10 juni tot en met 31 augustus in Noorwegen. Heel stoer natuurlijk, een klein meisje dat in een grote Toyota toeristen rondleidde. Dit is het verslag!

24 augustus, 2005

Valdistur

Valdis Schønheyder is de moeder van Johan. Ze is gepensioneerd biologe en stond samen met haar man aan de wieg van het Schønheyder-imperium. Daarnaast beheert ze de schilderijen die op de kantoors en in de hotels hangen. En daar zitten nog best bijzondere exemplaren tussen. Jammer alleen dat er hier en daar hinderlijke gaten in zitten. In ons kantoortje bijvoorbeeld.

Ons kantoortje is de plek waar grote plattegronden van de skigebieden en accomodaties bewaard worden in een grote stalen ladenkast. Verder staat er een kleurenplotter, met een bonte verzameling cartridges en papierrollen eromheen. Voorts een opbergkast met nog meer kaarten, mappen en spullen die door de jaren door de Nederlandse gidsen gebruikt zijn. Twee wasmanden met schoonmaakspullen. Vier bureaustoelen, waarvan twee defect. Het karretje van de schoonmaker, met schoonmaakspullen. Een paar bezems en moppen. Een archiefkastje met troep. Twee flatbedscanners. Een flink bureau met daarop deze computer. Een displaytafel waarop we de geplande tours neerleggen. Verder nog wat dozen met oud drukwerk en meer plattegronden. De doos met twintig paar plastic sneeuwschoenen (van die tennisrackets om onder je schoenen te doen) is gelukkig verdwenen. En een ingebouwde kast die ik nog niet heb durven openen.

Oja, en aan de muur hangt een schilderij dat in een andere omgeving en zonder twee kogelronde gaten op ooghoogte heel smaakvol zou zijn. Mooie kleuren.

Maar smaakvol is sowieso niet een woord dat snel bij me opkomt in Noorwegen. De voorliefde voor tweedehands meubilair vond ik al een beetje bijzonder (ik dacht nog, dat zal opa wel gezaagd en gebeitst hebben, dat ze het niet weg durven te doen), maar laatst kwam ik erachter dat er genoeg winkels zijn waar je dit tweedehands meubilair nieuw kunt kopen!

Goed genoeg gezeurd, terug naar Valdis. Ze heeft in 1948 haar man leren kennen, een man die zijn carriere was begonnen met grassleetochten op Svalbard, hotelschool had gedaan in Zwitserland en ervaring had opgedaan in Parijs. En in de oorlog heeft hij nog een jaar vastgezeten. Zij kwam de omzet ophalen van de Railtender in de trein naar Trondheim, hij was de railtender en het was liefde op het eerste gezicht. In 1951 trouwden ze en gingen ze in Oppdal wonen en werken voor het hotel van de NSB (NSB is wat in Nederland de NS is, terwijl de NS was wat in Nederland de NSB was). Het hotel liep niet erg goed en in 1973 besloot de NSB zich tot haar kernactiviteiten te beperken en het hotel voor een habbekrats aan meneer Schønheyder te verkopen. Die heeft het sindsdien uitgebreid, de stationsrestauratie omgebouwd tot een goed restaurant en toen de wintersport in opkomst was was hij er als de kippen bij om daarvan een graantje mee te pikken.

Goed, zoon Johan heeft samen met zijn vrouw Gunnveig de zaken overgenomen, meneer Schønheyder is niet al te lang geleden overleden en inmiddels zijn er Jon Erik, Håkon en Diderik als nieuwe erfgenamen.

En Valdis heeft de tijd om rustig rond te wandelen en haar vriendinnen te bezoeken. Maar zoals dat gaat als je ouder wordt worden de vriendinnen schaarser. Dus komt Valdis nu en dan blijkletsen op kantoor. Ik ben inmiddels een paar keer met haar de natuur hier ingegaan en ze kan van alles vertellen over de bloemen en over de grondkenmerken die voor de bloemen nodig zijn. Afgelopen zondag zei ze: "zal ik eens meegaan op tocht?" Nou, ik vond het gezellig, maar wilde wel even checken dat ze wist waar ze aan begon. De Åmotsdalentocht is toch wel een eindje lopen. Maar ze kende de brug wel en was er weleens geweest. Ik dacht: "dat zal ook wel, die tocht wordt al jaren gehouden en is waarschijnlijk heel vaak meegeweest met de nederlandse gidsen om ze dingen over de bloemen uit te leggen"

Goed, wij onderweg. We kwamen frambozen tegen, het was stralend weer en op misschien een tiende van de weg kwamen we langs een brug. Valdis zei: "moeten we die brug niet over?" Au... kennelijk hadden we het niet over dezelfde brug gehad. Ik werd even bang dat we terug moesten gaan of, erger, dat Valdis stoer zou doorlopen tot ze in de problemen zou kunnen raken. Maar het ging prima, ze was verbaasd over de lengte van de wandeling, maar we namen voldoende pauzes en ze heeft ons van alles verteld over de paddenstoelen. Ik had een paar emmertjes meegenomen en na afloop hadden we een emmertje met verschillende bosvruchten en eentje met paddenstoelen.

Vandaag is het plan om met Valdis naar het Vinstradal te gaan. Een gebied met veel verschillende planten, waar ik nog nooit geweest ben. Maar ik heb haar nog niet zien rondlopen op kantoor, dus misschien komt het er niet van.

Ik heb zojuist de ingebouwde kast geopend. Vond het een beetje laf van mezelf om het niet te doen. Ik vond: meer schoonmaakspullen, een fles ketchup, een koffiezetapparaat en een paar badslippers.

1 Comments:

Anonymous Anoniem said...

Voor een beetje STORMer doet de inhoud van al die kasten erg denken aan alle zooi die we op R2 hadden. Alleen waren schoonmaakspullen daar veel schaarser ;-)

11:34 a.m.

 

Een reactie posten

<< Home